Op 11 september 2014 werd het idee tijdens de Dag van de Rechtspraak gelanceerd en bijna twee jaar later is het pleit beslecht: er zal in Nederland een speciale handelsrechtbank worden opgericht, de Netherlands Commercial Court (“NCC”). De NCC is bedoeld voor de beslechting van grote handelsconflicten op zowel nationaal als internationaal niveau. Het streven is dat de eerste zaken vanaf 1 januari 2017 bij de NCC kunnen worden aangebracht.
Doel NCC
De NCC beoogt te voorzien in een leemte in de Nederlandse geschilbeslechting, door een speciale voorziening te bieden voor grote handelsgeschillen tussen bedrijven. Zowel zaken met een nationaal als internationaal karakter zullen bij de NCC kunnen worden aangebracht. Op deze manier hoopt de overheid de Nederlandse rechtspraak een aantrekkelijk alternatief te bieden voor (bijvoorbeeld) buitenlandse handelsrechtbanken of arbitrage. Zo moet het bij de NCC ook mogelijk worden om in het Engels te procederen.
Inrichting NCC
De NCC zal worden ondergebracht in Amsterdam; de eerste aanleg bij de rechtbank en het hoger beroep bij het gerechtshof . De kosten van de NCC zullen geen onderdeel vormen van het budget voor de rechtspraak, maar volledig bij de procespartijen worden neergelegd. Voor kleinere bedrijven die aantoonbaar de kosten niet kunnen dragen, komt er een financiële regeling.
Voor rechters en raadsheren zal de NCC in eerste instantie putten uit een pool die wordt samengesteld uit rechters en raadsheren van de reeds bestaande gerechten. Kandidaten moeten onder meer diepgaande kennis van het burgerlijk wetboek en specialistische kennis op het gebied van ondernemingsrecht en handel hebben. Ook moeten zij het (juridisch) Engels goed beheersen, bekend zijn met het Engelse en Amerikaanse procesrecht en kunnen bogen op ervaring met complexe handelszaken. Het uitgangspunt is dat de betreffende rechters en raadsheren in beginsel parttime beschikbaar zijn voor de NCC. Afhankelijk van het succes van de NCC, zal dit langzaam uitgroeien tot een vaste kern aan rechters en raadsheren die zich hier exclusief op focussen.
Naast hun takenpakket binnen de NCC, wordt van de rechters en raadsheren ook verwacht dat zij promotietaken op zich nemen; bijvoorbeeld door lezingen te geven en de NCC op congressen te vertegenwoordigen.
Huidige stand van zaken
De planning is dat de NCC op 1 januari 2017 van start gaat. Hoewel de oprichting van de NCC weinig wettelijke aanpassingen behoeft, zullen een paar faciliteiten wel bij wet moeten worden vastgelegd. Zo voorziet de wet momenteel niet in de mogelijkheid om Engels als voertaal te gebruiken in de Nederlandse rechtszaal. Bij brief van 23 november 2015 heeft de minister van Veiligheid en Justitie aangegeven dat het kabinet medio 2016 met een wetsvoorstel zal komen waarin dit wordt geregeld. Tot op heden is dit wetsvoorstel nog niet gepresenteerd. Bij de rechtbank Rotterdam wordt sinds 1 januari 2016 wel al geëxperimenteerd met het voeren van procedures in het Engels (klik hier voor het nieuwsbericht van Ovidius over deze pilot).
Bronnen: Plan van de Raad van de Rechtspraak; Persbericht rechtspraak.nl; Brief van de minister over het NCC; aankondiging NCC door rechtspraak.nl